Inleiding

Bezoekerscentra, natuurmusea en soortgelijke instellingen organiseren, net als de lokale NME-centra, duurzaamheidscentra en kinderboerderijen, vaak educatieve1 activiteiten op het gebied van natuur, milieu en/of duurzaamheid. Vandaar dat ze, met die ervaringen, een goede informatiebron kunnen zijn voor medewerkers van die lokale centra, voor leraren, opleiders, studenten en anderen die in educatie en/of onderwijs werkzaam zijn. In het laatste landelijke NME-overzicht (de zgn. Staalkaart NME) werden deze publieksvoorzieningen ook als educatieve voorzieningen genoemd.

De beschrijvingen hieronder volgen de indeling zoals die in de titel is weergegeven, via keuzeknoppen. Daarbinnen zullen achtereenvolgens kort verscheidene aspecten aan de orde komen:

  • Wat het karakter van de voorziening is en waar ze te vinden zijn.
  • Wat ze, globaal genomen, doen op educatief gebied.
  • Hoe ze zijn ontstaan.

Deze beschrijvingen hebben niet de pretentie representatief, laat staan volledig, te zijn. Het zijn beelden die uit de literatuur, van websites en naar aanleiding van enkele bezoeken op locatie naar voren zijn komen.

Karakter

Nederland telt een aantal musea met geheel of gedeeltelijke natuurcollecties en -presentaties2. Deze laatste categorie, de musea met meer dan alleen natuur als thema, worden hier niet verder behandeld. Men kan ze vinden bij andere categorieën musea, bijvoorbeeld cultuur-, geschiedenis-, volkenkunde-, kunstmusea of musea voor bijvoorbeeld het onderwijs.

De natuurmusea, zoals hier bedoeld, voeren ook specifiek-educatieve programma’s uit. Hieronder volgen, van een willekeurige selectie uit de lijst van natuurmusea, uitspraken3 op hun website:

*Mens en aarde. Binnen dit thema staat de relatie tussen de mens en zijn omgeving centraal. Het thema draagt bij aan het begrip van de wereld waarin we leven en opgroeien. Het ….. wil bijdragen aan het bewustzijn dat het belangrijk is om op een respectvolle manier met biodiversiteit en natuurlijke hulpbronnen om te gaan en inspireert leerlingen om hier zelf actief aan bij te dragen.

*Of je nu een school bent of een organisatie uit de gemeente ……., wij helpen je bij de uitvoering van natuur- en milieueducatie (NME). Ons doel is om een brug te slaan tussen de onderwijswereld en de plekken waar leerlingen kennis van en praktijkervaringen met NME kunnen krijgen. Wij stimuleren het  inzetten van materialen of het doen van excursies, om leerlingen de theorie in de praktijk te laten beleven, te ontdekken of zelf te onderzoeken.

*Het programma ‘Archeologie voor kleuters’ bestaat uit een bezoek aan het museum, een bezoek van een archeoloog aan uw schoolklas en verschillende opdrachten (waaronder naar scherven zoeken in de zandbak op school) en is voor kleuters een mooie manier om kennis te maken met een museum.

*…….. zorgt ervoor dat natuurbehoud in stand wordt gehouden door mensen er meer bewust van te maken en levert regelmatig een directe bijdrage aan het behouden van de natuur en van het welzijn van de …dieren.

*Het museum met de landschapstuin, het …… zijn perfecte locaties voor een educatieve activiteit of schoolreis. De activiteiten van ons Programma Basisonderwijs sluiten aan bij verschillende thema's en kerndoelen van het basisonderwijs.
Bij ………. kun je terecht voor elke natuurbeleving en zelfs voor een beetje middeleeuwen!

Voor natuuractiviteiten in de klas of in de buurt van de school kun je bij ………. verschillende leskisten lenen. Natuurthema's als vogels, bijen en water, maar ook zwerfvuil of natuur en techniek zijn bij ons te reserveren.

* In de …….. draait het om de ‘samenhang der dingen’. Het gaat over hoe natuur, cultuur, wetenschap en techniek van invloed zijn op elkaar.

Dit laat de intenties van natuurmusea goed zien: de bezoeker helpen de verscheidenheid, relaties en veranderingen in de natuur te (leren) waarderen en kennen4 en, in een aantal gevallen, de rol van menselijk ingrijpen daarin. De meeste musea streven dan ook een verdergaand doel na: bij de bezoekers versterken van hun bewustwording van en medeverantwoordelijkheid voor instandhouding en ‘verantwoordelijk’ beheer van deze natuurlijke fenomenen.

Sommige musea, zo wordt duidelijk uit de omschrijvingen, gebruiken het woord ‘educatie’ niet (meer). Een buitenlands voorbeeld waar het woord ‘educatie’ (education) niet meer wordt gebruikt, is het Climate Museum UK5 in Engeland; maar dit museum gebruikt weer wel het begrip ‘learning’. De essentie is dus niet veranderd:

Climate Museum UK

Climate Museum UK is a mobile and digital museum creatively stirring and collecting responses to the Climate and Ecological Emergency.

 A team of creative people based in the UK, passionate about the planet, we produce and gather art, objects, ideas, games and books, and then use these to activate people. These activations help people to play, make, think and talk about the Earth crisis and to open their imaginations to possible futures.

Activation for public and learning audiences: As members, we have kits of props, games, curious objects, books and workshop activities …….. We can use these collections to run workshops in museums, libraries, schools, visitor centres, conferences or empty shops, developing bespoke activities to suit you.

Educatie en museale samenwerking

De Museumvereniging waarvan een aantal natuurmusea lid is, stimuleert educatieve samenwerking tussen de musea en het basisonderwijs en heeft daarvoor de Museumeducatie Prijs (www.museumvereniging.nl/in-musea-komt-onderwijs-tot-leven en www.museumvereniging.nl/museumeducatie-prijs) ingesteld. De toelichting daarop is als volgt: ‘De samenleving verandert snel. Om kinderen zo goed mogelijk voor te bereiden op hun toekomst, wordt van scholen verwacht dat ze behalve voor kennisontwikkeling en maatschappelijke vorming ook ruimte maken voor persoonlijke vorming. Musea kunnen met hun collecties aansluiten bij vrijwel alle leergebieden. Zoals natuur, geschiedenis, aardrijkskunde en techniek. De Museumvereniging, brancheorganisatie van de Nederlandse musea, ziet musea als een belangrijke leeromgeving. Waar kinderen kunnen leren door voorwerpen te zien en te voelen. Door verhalen te horen en er zelf mee aan de slag te gaan. …….

De Museumeducatie Prijs richt de schijnwerpers op sterke voorbeelden van educatieve samenwerking tussen musea en scholen. Musea bieden een rijke, verrassende en inspirerende omgeving om te leren. Musea kunnen scholen daardoor helpen bij het creëren van een samenhangend onderwijsaanbod. Kortom, musea en scholen staan samen voor de mooie uitdaging om hoogwaardige educatieprojecten te blijven ontwikkelen’.

Een groot deel van de natuurmusea heeft zich de afgelopen jaren ook aangesloten bij een gemeenschappelijk educatief project van de Stichting Nederlandse Natuurhistorische Collecties: ‘Leren doe je samen’ (natuurmusea.nl/leren-doe-je-samen). De kern daarvan wordt als volgt verwoord: ‘Alle SNNC-leden werken samen  aan de kwaliteit van educatie. Onze duurzame samenwerking ‘Leren doe je samen’ verbindt een gedreven groep van educatief ontwikkelaars uit 13 musea. Samen organiseren zij trainingen, bijeenkomsten en intervisiemomenten en hebben zij een sterk gezamenlijk doel: kinderen verwonderen, enthousiast en nieuwsgierig maken naar de rijkdom van de natuur’. 

En uit de inleiding op het project: ‘Aan het tweejarige project Leren doe je samen (LDJS) doen dertien Nederlandse musea mee met natuurhistorische collecties. Zij stellen zich ten doel de kwaliteit van de gezamenlijke educatie voor het primair onderwijs (PO) te verhogen. De inventarisatiefase van het project heeft geleid tot een inventarisatierapport en 13 ….. ID-sheets.

Concluderend blijkt dat in alle musea zeer betrokken medewerkers werken, vol passie voor natuur en educatie. Er zijn echter grote verschillen in hoe educatie is vormgegeven en ieder museum heeft specifieke kwaliteiten en specialismen, uitdagingen en ontwikkelpunten. In de komende 1,5 jaar willen wij samen leren, van elkaar en met elkaar. De activiteiten van ‘Leren doe je samen’ worden uitgevoerd via 5 werkpakketten: Richtlijnen, Trainingen, Werkvormen,  Communicatie en Projectmanagement’.

Naturalis, verreweg het grootste natuurmuseum in het land (en deelnemer aan het project), heeft haar educatieve programma ‘De Big Five van Educatie’6 kort als volgt verwoord:

De Big Five in het kort

Gebaseerd op onze ervaringen en ideeën en relevante literatuur over onderwijs en wetenschapscommunicatie, hebben we een aantal uitgangspunten gedefinieerd. Deze vijf punten zullen ons leiden bij de ontwikkeling van educatieve activiteiten:

  1. Verwonderend
  2. Echt
  3. Relevant
  4. Onderzoekend
  5. Wetenschapswijs

Bij Naturalis gebruiken we verwondering als vertrekpunt om de wereld te willen begrijpen. Onze missie is dan ook: Wij ontdekken samen de rijkdom van de natuur. Wat je ook weet en wat je ook voelt, er is altijd meer om enthousiast over te zijn, meer om te leren en meer om te onderzoeken’.

Een aantal jaren geleden deed een lector aan de Amsterdamse Hogeschool voor de Kunsten7 de volgende suggestie in het voormalige NME-tijdschrift Podium: ‘In plaats van over de natuur zouden natuurhistorische musea moeten gaan over onze relatie met de natuur. Naar mijn mening zijn er nog (te) veel tentoonstellingen die pretenderen op een waardevrije manier een beeld te geven van de natuur in heden en verleden. Dat dit beeld een interpretatie is en onderhevig aan allerlei interne en externe invloeden, komt niet naar voren. Het museum doet zich voor als autoriteit en beroept zich impliciet op de authenticiteit van de getoonde objecten.

Ik wil ervoor pleiten dat musea in het algemeen, en natuurhistorische musea in het bijzonder, meer aandacht besteden aan hun eigen methode en deze methode maken tot kern van de inhoud van de overdracht. De werkwijze van natuurhistorische musea (het verzamelen en prepareren van objecten uit de natuur ten behoeve van onderzoek en educatie) kan benut worden als exemplarisch voor onze relatie met de natuur. Uiteraard doel ik hier op meer dan het verzamelen als voorbeeld van het vernietigen van de biodiversiteit’.

Jaren eerder had hij, toen nog als docent museologie aan de Reinwardt Academie, tijdens een conferentie in Dijon in zijn inleiding daarvoor al de grondslag gelegd: “During the 19th century museums showed a tendency to specialization. Many of the early 19th century museums were encyclopaedic…… Natural history itself included not only zoology, botany and geological sciences, but also ethnology and archaeology. In many museums ethnology and archaeology were separated from natural history. In some museums specialization went even further: specialized zoological, botanical and geological museums arose.

The reason I mention this development is not a purely academic one. In this process of specialization we lost the holistic approach to our environment (and ourselves) ……. The domestic problems of the west cannot be separated from problems of development in the so-called Third World. Pollution in our part of the world is connected with deforestation and erosion in other parts. For museums this means a return to a less specialist and amore holistic approach.

It is not only natural history we are dealing with, but also history, economics, social sciences, etc. ..... Cooperation with history and anthropology museums is important. Local concrete situations must be used to illustrate global relationships and foster global awareness: "Act locally, think globally".

Het lijkt erop dat het project ‘Leren doe je samen’ in enigszins dezelfde lijn het gemeenschappelijke educatieprogramma heeft opgesteld. Echter, een blik op een paar voorbeelden van buitenlandse literatuur (zie ‘Overige bronnen’ hieronder) suggereert dat er op educatief en participatief gebied in musea nog veel kan worden ontwikkeld.

Ontstaan van natuurmusea

NatuurschattenOver het ontstaan van natuurmusea – en musea in het algemeen – valt nogal wat te zeggen. Maar dat is recent al gebeurd in een drietal prachtige boeken: ‘Natuurschatten’– zie de illustratie van de omslag hieronder – en in ‘Wie wat bewaart’ en in ‘Van onschatbare waarde’; deze zijn opgenomen in ‘Overige bronnen’.

Dankwoord

Mijn dank gaat uit naar Lieke Dekker van het Universiteitsmuseum in Utrecht. In een gesprek heeft ze me wegwijs gemaakt in het project ‘Leren doe je samen’ van de Stichting Nederlandse Natuurhistorische Collecties (SNNC, genoemd in de tekst).

Peter van Mensch, oud-lid van de Commissie voor Natuurbeschermingseducatie en oud-docent museologie, heeft me geholpen met zijn eigen artikelen en de buitenlandse literatuur over educatie in musea.

Dank ook aan Fred de Ruiter, auteur van het boek ‘Natuurschatten’, die bemiddelde bij uitgeverij Matrijs om de omslag van zijn boek kosteloos te kunnen gebruiken. De foto op die omslag is van Aad Hoogendoorn (Rotterdam).

Literatuur

  • Anon., 1990. Natuur- en milieu-educatie in musea. Natuurbeschermingsraad, Utrecht.
  • Garcia Carrizosa, Helena, 2019. Towards a participatory museum. Nova Era Publications.
  • Gassó Miracle, Eulália en Tiny Monquil-Broersen (samenst. en red.), 2020. Van onschatbare waarde; 200 jaar Naturalis. Amsterdam University Press, Amsterdam.
  • Reiss, Michael J. et al., 2016. The Contribution of Natural History Museums to Science Education. Economic and Social Research Council, Swindon.
  • Ruiter, Fred de, 2020. Natuurschatten. Natuurhistorische collecties in Nederlandse musea. Uitgeverij Matrijs, Utrecht.
  • Schilthuizen, Menno & Freek Vonk, 2020. Wie wat bewaart. Twee eeuwen Nederlandse natuurhistorie. Uitgeverij Unieboek/Het Spectrum bv, Amsterdam.
  • Talboys, Graeme K., 2005. Museum Educator’s Handbook, 2nd Ashgate Publishing Limited, Aldershot.
  • Veldhuizen, Arja van, Education methods & techniques from museum and heritage education. Stichting Landelijk Contact van Museumconsulenten, Utrecht.

Eindnoten

1 De uitspraken zijn bewust anoniem gehouden om niet genoemde musea niet tekort te doen.

2 Zie www.naturalis.nl/system/files/inline/Big%20Five.pdf.

3 Zie hiervoor nl.wikipedia.org/wiki/Lijst_van_natuurmusea en De Ruiter (2020). Beide bronnen zijn onvolledig, overlappen maar geven samen een vollediger beeld van de natuurmusea in Nederland.

4 Ontleend aan Bleijerveld, C.A., C. Both en P.J. Teernstra, 1977. Het gebruik van de schoolomgeving. Publikatiefonds Bulletin voor Docenten in de Biologie, Rijswijk.

5 climatemuseumuk.org/2019/11/16/cmuk-story-of-change en aboutbridgetmckenzie.wordpress.com/climatemuseumuk.

6 Mensch, Peter van, 2006. Een museumtijger is geen tijger. Podium 34(2006)3/4.

7 Mensch, Peter van, 1983. Keynote ‘Natural history museums and actuality’. International seminar ‘Environmental education and natural history museums’, Dijon.